Logo  
  | home   authors | new | about | newsfeed | print |  
volume 3
januari 2001

"Het was gewoon een groot avontuur"

 





  In gesprek met Radio-London-deejay Chris Denning
door Brian Long
Previous
  Chris Denning in zijn periode bij Radio London

Om in de jaren zestig te slagen als pop-artiest moest je beschikken over enig muzikaal gevoel, een gitaar kunnen vasthouden, doorzettingsvermogen hebben en ook nog eens een behoorlijke dosis geluk. Wat waren de eigenschappen waarmee je het kon maken als deejay op een zendschip? In ieder geval moest je een radio-freak zijn en avontuurlijk ingesteld. Een beetje branie en bluf waren ook niet weg. Die eigenschappen had Chris Denning (foto links), die zijn sporen als deejay verdiende bij Radio London, zeker. In de jaren tachtig sprak Brian Long met Denning over de wisselvallige wegen waarlangs hij aan boord kwam van de MV Galaxy. Voor ons tijdschrift schreef hij dit deel van Denning's levensverhaal opnieuw uit.

 
1 De zeezender Radio London, de Big L, had in de jaren zestig — we hebben het inmiddels over de vorige eeuw — relatief weinig deejays in dienst; minder bijvoorbeeld dan Radio Caroline. De meeste bleven langdurig in dienst van het station. Maar dat gold niet voor iedereen: een aantal vertrok al na zeer korte tijd. Een rol speelde daarbij vaak ontevredenheid over de sfeer aan boord, en dan met name over de manier waarop Tony Windsor optrad. Windsor was de gerespecteerde meester, de "vader" van alle zeezenderdeejays. Hij was immers uiterst geroutineerd en droeg zijn vakkennis ook over aan de deejays om hem heen. Maar het karakter van Windsor had ook zijn nare trekjes. Zo kon de man dagen achterelkaar niets anders doen dan in bed liggen, de fles bij de hand, en alleen maar kritisch afbrekende opmerkingen plaatsen. Ook leidde zijn homoseksualiteit — in de jaren zestig in Engeland nog niet echt geaccepteerd — tot lastige problemen aan boord. Deejays die niet aan zijn grillen wensten te voldoen, werden vaak afgerekend bij de uiteindelijke beoordeling van hun kwaliteit op radiogebied.
2 Iemand die zeer zeker niet met Windsor kon opschieten was Earl Richmond, die om die reden in april 1966 de MV Galaxy, het zendschip van Radio London, verliet. Zijn collega-deejays zouden later aangeven dat hij zich te vaak afzijdig hield van de anderen. Ook zelf gaf hij officieel een andere reden op. Bij zijn vertrek van de Big L vertelde hij in een muziektijdschrift, dat hij het zendschip om huiselijke redenen had verlaten: door zijn afwezigheid thuis zou de opvoeding van zijn kinderen in het nauw komen. Hij voegde daar nog aan toe dat op freelance basis voor het station zou blijven werken. Hoe dan ook, er was een vacature aan boord en mede omdat het aantal uitzenduren werd uitgebreid, besloot de toenmalige programmacoördinator, Alen Keen, met spoed een nieuwe deejay aan te nemen om op die manier het boordteam te completeren. Op 18e april 1966 stapte Chris Denning aan boord. Denning paste beter in het geheel, al was hij — zoals hij zelf aangeeft — bepaald niet rustig:
  "Aan boord van het zendschip haalde ik van alles uit, het was gewoon een groot avontuur waarbij ik heel wat heb afgelachen. Ik ben eigenlijk nooit volwassen geworden en het maken van radioprogramma's op een schip interesseerde me altijd al. Ik deed eigenlijk altijd gekke dingen, klom regelmatig in de masten en zelfs in het kraaiennest, iets wat de kapitein en de bemanning totaal niet leuk vonden. Ook heb ik nogal wat gekkigheid uit gehaald door regelmatig de cabines van andere medewerkers op het schip te verbouwen."
3 Vanaf zijn achtste was Denning al gefascineerd door het idee om bij de radio te werken.
  "Ik schreef in die tijd naar allerlei verre radiostations, waarvan ik de signalen op mijn vaders buizenset ontving. Het was vooral de kortegolf die me aansprak. Op mijn dertiende begon ik ook te schrijven naar de radiostations in Amerika en dat was ook de reden dat ik mijn eigen eerste schreden zette op de Amerikaanse radio. Dat was bij WRUL in Boston, toendertijd het enige commerciële kortegolf-radiostation in de VS. In die tijd woonde ik namelijk vlakbij Londen en in een van de programma's vertelde de programmaleider dat hij op bezoek zou komen in Engeland. We vingen de beste man, waarmee we alleen voorheen schriftelijk contact hadden gehad, bij zijn aankomst op. Mijn vader was bij me en het klikte wonderbaarlijk goed tussen die twee. Tijdens zijn bezoek aan Engeland verbleef de man enkele dagen bij ons thuis en in die tijd werd ik geïnterviewd, een gesprek dat later — dus in Boston — via de kortegolf werd uitgezonden. Dat was dus mijn eerste radio-ervaring. De daarop volgende keer dat ik op de radio zou zijn te beluisteren, was in de toenmalige opponent van de VS, de Sovjet Unie — om precies te zijn via Radio Moskou."
4 De jonge Chris Denning luisterde al jarenlang naar Radio Moskou en op een bepaalde dag, hij was inmiddels zestien, las hij over een filmploeg die naar Rusland zou gaan om daar een film te maken over het leven achter het toenmalige IJzeren Gordijn. In die tijd was het eigenlijk een praktisch onmogelijke zaak dit land binnen te komen. Denning was zo brutaal zich bij de leider van de groep aan te melden. De uiteindelijke bedoeling van de film was de scholieren in Canada en de VS voor te lichten over het leven in de Sovjet Unie:
  "Ik kreeg dus toestemming om mee te gaan, en het was voor mij een geweldige ervaring op reisgebied. Op een mooiere manier een serie buitenlandse reizen te beginnen was bijna onmogelijk. Toen ik eenmaal in Moskou was, dacht ik: 'Ik heb al zoveel naar Radio Moskou geluisterd, het wordt tijd dat ik er maar eens op bezoek moet gaan.' Vrijwel direct nadat ik het gebouw van Radio Moskou binnenging, werd ik omringd door een aantal bewakers. Nadat ik hen, via gebarentaal, had overtuigd van mijn bedoelingen, werd ik binnengelaten. Ik ontmoette enkele mensen van de Engelse Service en aangezien ik drie weken lang in Moskou zou zijn, gaven ze mij de gelegenheid om gedurende die periode dagelijks een programmaonderdeel te presenteren. Het was niet, zoals gebruikelijk in die tijd, een politiek getint programma maar een toeristisch onderdeel."
  "Ik kreeg een chauffeur met auto en een tolk toegewezen waarmee we op pad gingen. Uiteraard ging er ook een technicus mee voor de opname, want in die tijd konden zelfs de kleine opnamerecorders niet zonder technicus. We reisden heel Moskou door, bezochten allerlei belangrijke plekjes en ik vertelde over mijn belevenissen. Ik moet wel eerlijk toegeven dat ik destijds met een grote smoes ben binnengekomen, want ik vertelde de mensen van de Engelse Service dat ik in mijn vaderland een heel bekende presentator was van een jeugdprogramma en dat ik ook al programma's op de Amerikaanse radio had gepresenteerd. Men was zeer onder de indruk en nadat ik het eerste item had opgenomen stuurde ik meteen een telegram naar mijn ouders, die vanaf dat moment de daarop volgende drie weken iedere avond naar mij luisterden en er nadien behoorlijk trots op en opgewonden over waren."
5 Na zijn rondreis door Moskou en omgeving werd de reis voortgezet naar Polen en het toenmalige Tsjecho-Slowakije en daar werd de het leugentje om bestwil nog verder uitvergroot:
  "Ik vertelde daar toen niet alleen dat ik een bekende presentator was in Engeland, maar dat ik tevens vele malen te beluisteren was geweest via Radio Moskou en de Amerikaanse radio. Goed beschouwd was natuurlijk alleen dat eerste — het succes in Engeland — een leugen, omdat ik op die beide andere zenders daadwerkelijk te horen was geweest. In ieder geval kreeg ik zowel in Praag als Warschau de kans om programma's te maken. Ik praatte de programmamakers er gewoon naar toe om me toe te laten in hun programma's. Ik heb altijd de neiging gehad om mezelf te verkopen. Toen ik eenmaal terug in Engeland was besloot ik naar Bush House, het hoofdkantoor van de BBC, te gaan."
  "Ik vertelde over mijn belevenissen in het Oostblok en stelde ze voor om iets dergelijks op de Home Service te gaan doen. Ook dit lukte me weer, want ik kreeg de gelegenheid om enkele maandagen achter elkaar, om tien na negen in de ochtend, over mijn ervaringen te vertellen. Niet dat er veel mensen zullen hebben geluisterd, want de uitzending stond pal tegenover het populaire programma 'House Wives Choice', dat via het toenmalige Light Programme werd uitgezonden. Zo rolde ik van het een in het ander. Ik besloot aan het reizen een vervolg te geven, waarbij ik onder meer in India terechtkwam. Dit alles ging zo een paar jaar door en op die manier rolde ik de radiobusiness in. Iedereen die me er over aansprak vond het interessant dat ze me op de radio hadden gehoord. Dit deed me besluiten definitief mijn loopbaan binnen de radioindustrie te gaan zoeken. Ik was, toen ik uit India terugkeerde, inmiddels achttien jaar geworden."
6 Onder de vele mensen die Denning in India ontmoette bleek er een directeur te zijn van de bekende bandenfabriek Firestone in Amerika. Dat contact leverde hem een baan op bij de gelijknamige onderneming in Engeland, destijds gevestigd in Brentford:
  "Mijn ouders zagen deze baan wel zitten want ze vonden dat ik dan een stabieler leven zou leiden dan in dat rare leventje, dat ik in de voorafgaande jaren als radiomaker had geleefd. Ik besloot hun raad op te volgen en binnen anderhalf jaar, ik was nog negentien, had ik me opgewerkt tot hoofdverkoper voor het district Londen. Uitgezonderd de directeur van de onderneming was er nog nooit iemand op een dergelijke jeugdige leeftijd hoofdverkoper bij deze onderneming geweest. In reed ontzettend goed auto, kreeg zelfs een dure auto van de zaak en had het uitstekend naar mijn zin, afgezien dan van het feit dat ik nog steeds deejay wilde worden. In die tijd had je op Radio Luxembourg, waar de Engelse jeugd uit die tijd veel naar luisterde, een deejay met de naam Brook Denning. Weer een andere heette Peter Carver."
  "Aangezien mijn moeder, van haar meisjesnaam, Carver heette en mijn eigen achternaam Denning was, vond ik dat dit niet zomaar toeval kon zijn. Ik besloot om onder de naam Dave Dennis een sollicitatiebrief te sturen naar '208'. Die brief belandde op hun adres '38 Hartford Street', een paar straten verwijderd van de latere kantoren van Radio London en Radio Caroline in de Londense wijk Mayfair. Na enkele dagen kreeg ik een brief terug van Geoffrey Everitt die schreef: 'Met jouw talenten, zo denk ik, zou je beter aan de slag kunnen gaan bij de BBC'. Ik vond dit enigszins een dooddoener en besloot hem te blijven bestoken met brieven, waarop hij telkens terugschreef. In totaal, zo kan ik men nog herinneren, verstuurden we wederzijds zeventien brieven. Aan de slag komen was er echter niet bij. Ik wist echter niet van opgeven. Op een bepaald moment zou ik de Paasdagen bij mijn ouders in Devon doorbrengen. Toen ik er op Goede Vrijdag aankwam, kwam ik de voordeur binnen, begroette hen en realiseerde me op dat moment dat er maar één andere oplossing was."
  "Ik vroeg of ik even mocht bellen met het plaatselijke stationskantoor, informeerde er naar de treinschema's en vroeg vervolgens mijn vader om me terug te brengen naar het station. Ik was namelijk op het idee gekomen, omdat ik op het kantoor van Radio Luxemburg in London geen succes had, om het in Luxemburg zelf te proberen. Immers zaten daar vier tot vijf deejays, die inmiddels het wel hadden gepresteerd bij het station aan de bak te komen. Ik nam dus de trein, de ferry en nogmaals de trein om uiteindelijk, na een zeer lange reis, in Luxemburg aan te komen om te achterhalen hoe het hen gelukt was daar een baan te krijgen."
7 Aangekomen bij de studio's klopte Denning op de voordeur en kreeg daar te horen dat er op dat moment niemand aanwezig was:
  "Ik besloot te wachten totdat een van de Engelse deejays het gebouw zou betreden dan wel zou verlaten. Aan iedereen die langs kwam vroeg ik of hij bij het Engelse presentatieteam hoorde. Uiteindelijk was de eerste Engelsman, die ik tegenkwam Paul Hollingdale. Ik vertelde hem dat ik net was aangekomen, waarna hij me vroeg of ik op vakantie was. Toen ik dit ontkende vroeg hij me of ik dan op doorreis was. Ook dit ontkende ik, waarna hij vroeg of ik dan misschien in de Luxemburgse hoofdstad aan het werk ging. Hierop antwoordde ik andermaal ontkennend, eraan toevoegend dat ik alleen maar naar Luxemburg was gekomen om hem en zijn collega-deejays aan het werk te zien en om te achterhalen hoe zij er in geslaagd waren om bij het station aan de slag te komen."
  "Ik drong me op door stellig vol te houden dat ik dit werk ook zou kunnen doen en dat hij de aangwijzen persoon was om me te vertellen hoe ik aan de slag zou kunnen komen bij het station. Paul nodigde me uit voor een kop koffie, wat uiteindelijk uitliep op een lekkere lunch. Hij was zeer aardig en de volgende dag nam hij me mee in zijn auto om grote delen van het kleine land te laten zien. Tijdens die dag vertelde hij me enkele belangrijke zaken waarom ik niet aan de bak zou kunnen komen. 'Je hebt geen ervaring als deejay en dat is derhalve de reden dat je nooit aan de bak zal kunnen komen bij Radio Luxembourg.' De grote vraag was toen natuurlijk hoe ik een dergelijke ervaring dan wel zou kunnen opdoen. Het antwoord werd al vrij snel was gevonden: werken voor een organisatie waar die ervaring geen vereiste was. Mijn oog viel op een job bij British Forces Broadcasting Service."
  "Op aandringen van Paul Hollingdale besloot ik dus mijn kans te wagen bij de BFBS. Ik schreef hen en tot mijn verbazing kreeg ik ontzettend snel bericht terug. Men meldde net van plan te zijn nieuwe personeel in te huren en voegde daar aan toe nog geen advertentie te hebben geplaatst. Mijn timing bleek dus perfect te zijn. Ze vroegen zich wel af hoe ik aannam dat er een vacature zou komen. Tijdens het sollicitatiegesprek, dat volgde, heb ik hen verteld dat ik er naar giste. Vervolgens kreeg ik een baan bij een station in Duitsland. Toen ze echter mijn verleden gingen onderzoeken, hetgeen normaal is als je als een burger in dienst treedt bij de BFBS, kwam men erachter dat ik bij Radio Moscow had gewerkt. Dit had tot gevolg dat het aanbod voor de baan in Duitsland onmiddellijk werd ingetrokken. Ik kreeg een andere baan aangeboden in Kenia. Het was het BFBS station dat actief was vanuit Nairobi. Dáár leerde ik het echte radiomaken, waarbij Paul Kaye één van mijn collega's was."
8 Denning verbleef ongeveer twee jaar in het Afrikaanse land, waarna de verveling plotsklap toesloeg:
  "Ik had echt zoiets van': 'nu moet ik nog een jaar uitdienen van het driejarig contract dat ik heb getekend. Ik wilde zo snel mogelijk in Engeland aan de slag. In een krant las ik toen dat BBC TV2 van start zou gaan. Dat gaf me helemaal het gevoel dat ik zo snel mogelijk weg moest uit Kenia. Maar, ik had geen idee hoe ik er weg moest komen en bovendien had ik geen geld gespaard. Ik besloot allereerst een telegram te sturen naar de directeur van BBC2 en hem te vertellen dat ik een advertentie had gelezen in de Daily Sketch, waarin men stelde dat BBC2 jong en verrassend zou worden. In het telegram meldde ik dan ook dat ik jong en verrassend was en dat dit gegeven zeer zeker zou klikken. (Ik heb daarom ook altijd gedacht dat verlegenheid een goede zaak is). Michael Peacock, de toenmalige directeur, nodigde me uit voor een sollicitatiegesprek. Direct na het ontvangen van dit bericht realiseerde ik me opeens dat ik toch wel even 5.000 mijl van huis zat en bovendien aan dat langdurige contract vast zat."
9 De vraag is hoe Denning vervolgens de overtocht regelde en er bovendien in slaagde op het juiste moment voor het gesprek in Londen te zijn. Hij kwam, zegt hij, op een fantastisch idee:
  "Ik ging naar de station commander — omdat BFBS een legerstation is, heette onze stationmanager zo. Ik zei dat ik een goed idee had voor een reportage en ik wees erop dat er regelmatig familieleden en vriendinnen uit Engeland werden overgevlogen naar de soldaten in Kenia. Ik zei dat ik wel een reportage wilde maken over de manier waarop dergelijke reizen door het betreffende reisbureau werden georganiseerd. Gelukkig vond hij het een goed idee en ik kreeg de vrije hand om het een en ander te organiseren. Ik nam meteen contact op met British United Airways. Freddie Lacker was de toen de eigenaar en ik wist dat men ook een kantoor had in Nairobi. Daar aangekomen meldde ik dat ik bij de BFBS werkte en we het idee hadden opgevat een reportage te maken over hoe een vliegtuigmaatschappij eigenlijk in elkaar zat. Ik voegde daar aan toe dat we liever een reportage over een onafhankelijke dan een staatsmaatschappij wensten te maken. Hij was er meteen voor in en ik vroeg direct of ik zijn personeel mocht interviewen. Natuurlijk kon ik de naam van de onderneming, zo zei ik hen, helaas niet noemen, maar ik beloofde het wel op zo'n manier te brengen dat de luisteraars snel door hzouden hebben dat het om de BUA ging."
  "Ik had het al in mijn hoofd. De eerste opname die ik zou maken in het vliegtuig was het welkom van de dienstdoende captain: 'British United Airways welcome you aboard flight so and so to London,' terwijl er op het einde dank kon worden uitgesproken wegens de medewerking van de BUA. De manager in Kenia leek dit wel iets en vroeg hoe ze verder konden meewerken. Ik stelde hem toen dat ik niet alleen een interview met hem en het grondpersoneel wilde, maar ook met het vliegend personeel. Bovendien voegde ik eraan toe dat ik ook graag een ticket naar Londen wilde om Freddie Laker te kunnen interviewen. Gek genoeg ging hij direct akkoord en achteraf kon ik er niet bij dat dit allemaal, inclusief het dure ticket, binnen tien minuten was geregeld. Direct daarna ging ik andermaal naar de 'station commandor' en deelde hem mee dat ik naar Londen zou gaan. Hij vroeg me uiteraard hoe ik dat wel dan dacht te regelen, waarop ik hem vertelde dat ik een gratis ticket had gekregen van de BUA. Hij was behoorlijk onder de indruk en vond het daarna ook een uitstekend idee dat ik mijn vakantiedagen, die ik nog te goed had, zou opnemen. Ik had dus heel snel een drie week durende vakantie, die ik deels in Londen doorbracht."
10 Denning dacht dat hij moeiteloos vanuit Kenia naar Engeland kon vertrekken maar er waren nogal wat problemen, die net ontstonden op de dag van zijn vertrek uit Nairobi:
  "Op de dag dat ik vertrok was er net een opstand gaande in Zanzibar. Het vliegtuig zat vol Britse legerofficieren, die door lokale rebellen waren aangevallen en gewond waren geraakt. De autoriteiten wilden die beslist niet in de publiciteit hebben omdat op dat moment net een organisatie op poten werd gezet, een onafhankelijkheidsgroepering Tangayika, die zowel voor dat deel van het land als voor Zanzibar zou moeten gaan functioneren. Het mocht dus niet in de publiciteit, omdat men wilde laten geloven dat de Britten op goede voet stonden met de lokale groeperingen. Ik stap dus dat vliegtuig binnen en daar zitten al die gewonde officieren, die bij wijze van spreken uit het land werden gesmokkeld. Ik wilde plaats nemen en had natuurlijk mijn recorder bij me. Op dat moment kwam een militaire politieagent de zaak controleren en hij gaf me te kennen dat ik het vliegtuig moest verlaten."
  "Ik werkte voor het Britse leger en had als deejay de rang van kapitein en had een officiële verklaring toe te mogen worden gelaten. Ik antwoordde de politieman dan ook dat ik in functie was en tot dezelfde mensensoort behoorde als de overige passagiers. Hij had trouwens slechts de rang van sergeant en ik bekte hem toe: 'British Forces Broadcasting, sergeant en laat me direct door'. Dit lukte wonder boven wonder en ik nam interviews af met iedereen aan boord en verkocht die direct na aankomst aan de BBC. Binnen een paar uur na aankomst in Londen zat ik al bij de BBC te monteren. Ik kreeg de volgende ochtend al een programma en men was zeer onder de indruk. Daarna ging ik voor het sollicitatiegesprek naar BBC2 en kreeg uiteraard, nadat men over dit incident had gehoord, de baan."
11 Denning was trouwens, volgens eigen zeggen, de eerste persoon die na de directeur, bij de BBC2, werd aangenomen, hetgeen misschien wel een slecht teken is te noemen:
  "Na een periode van zes maanden bij de televisie was ik er al flauw van. In die dagen had het merendeel van de kijkers in Engeland nog een toestel dat ontving op de basis van het aloude 425-lijnen-systeem. BBC TV2 werkte echter al op het 625-lijnen-systeem. Wie daarnaar wilde kijken, moest een nieuw toestel dan wel een convertor aanschaffen en die waren slechts mondjesmaat leverbaar. Ik was nogal egocentrisch ingesteld en wilde dat iedereen erover zou praten dat ik bij het televisiestation werkte, hetgeen echter niet gebeurde. Ik besloot toch maar weer een keer bij Radio Luxembourg te gaan solliciteren en dit keer had ik gewoon veel meer geluk en kreeg een baan als presentator."
12 Ook in Luxembourg zat het Denning behoorlijk tegen, want hij werd na twee jaar snel weer op straat gezet omdat hij interfereerde op een gesponsord programma, dat dagelijks werd uitgezonden en bovendien veel geld opbracht:
  "We hadden er het programma van Horace Bachelor, wat volgens mij nogal nep was. De man claimde een tipgever te zijn voor loterijen en noemde telkens tientallen namen van mensen op, die volgens hem dankzij zijn tips hadden gewonnen. Hij stuurde de mensen altijd andere series nummers op, dus moest er altijd wel iemand winnen. Op die manier verstuurde hij duizenden en duizenden tips naar allerlei mensen, uiteraard in ruil voor geld. De volgende uitzending kon hij dan weer claimen dat mevr. Baker uit Clacton on Sea, of noem maar op, dankzij zijn tips een groot bedrag in de loterij had gewonnen. Zijn bedrijfje was gevestigd in een vreemde plaats in Keynsham, bij Bristol. Zijn programma-item was ook altijd erg kort. Het duurde zo'n 30 seconden en op het einde van zijn item meldde hij altijd zijn adres op dezelfde vervelende manier waarbij de plaatsnaam nogal nadrukkelijk werd gespeld. Van de presentator, die daarna volgde, werd verwacht dat deze op dezelfde wijze het adres nogmaals zou herhalen. Na weken lang hetzelfde te hebben moeten aanhoren, kon ik het niet nalaten op een dag Keynsham als J-Q-R-Z-T-L-D te spellen. Helaas, het werd niet gewaardeerd want Geoffrey Everitt kwam over voor een snel bezoek vanuit Londen om met mij over mijn toekomst bij Radio Luxembourg te praten. Eindconclusie was dat ik zou vertrekken. Geoffrey zei daarbij dat hij dacht dat ik wel nooit weer aan de bak zou komen binnen de radioindustrie."
13 Denning vertrok vervolgens naar Londen en bezocht de eerste avond de befaamde discotheek 'The Scotch of St. James, waar alleen toppers onder de artiesten werden toegelaten. Hij ontmoette er allerlei grootheden waaronder Ringo Star en Paul McCartney, die ook exclusief lid waren. Denning wist tot de elitegroep van leden door te dringen door zich voor te stellen als de bekende deejay Chris Denning van Radio Luxembourg. De directeur van het bedrijf stelde hem daarop voor aan een hem onbekende deejay met de naam Ed. Die bleek bij Radio London te werken onder de naam Ed Stewart. Aangezien het signaal van Radio London niet in het centrum van de Britse hoofdstad doordrong, had Denning nooit naar de 266 meter geluisterd, laat staan dat hij ooit van Ed Stewart had gehoord. Maar, Ed had had al een behoorlijk grote naam binnen de radio-industrie:
  "Ik raakte met hem in het gesprek en hij vroeg me wat ik in de toekomst wilde gaan doen. Ik zei dat ik misschien toch nog eens zou proberen om bij de BBC aan het werk te komen. Direct stelde hij me de vraag waarom ik niet bij Radio London kwam werken. Als antwoord zei ik dat ik het waarschijnlijk niet deed gezien het nogal een rare stap was om van een officieel radiostation over te stappen naar één van de zeezenders, die toch door velen als piraten werden omschreven. Wel voegde ik er nog aan toe dat ik gehoord had dat Radio London zo overbekend was in Engeland. Stewart wist me te vertellen dat mijn voormalige collega bij Radio Luxembourg, Johnny Moran — die een maand voor mij was vertrokken bij het station — officieel voor Radio London zou gaan werken."
  "Pas op het laatste moment durfde Moran niet meer aan boord te gaan werken en trok zich terug als kandidaat deejay. Ook vertelde Stewart me nog dat men binnen de leiding van Big L nogal teleurgesteld was over zijn plotselinge besluit toch niet te gaan en dat ze nog steeds op zoek waren naar een goede vervanger. Hij raadde me dan ook aan de volgende dag contact op te nemen met Alen Keen, die op dat moment aan land verantwoordelijk voor het deejayteam en tevens directeur reclameverkoop was. Je wilt het niet geloven maar ik sprak Keen de volgende dag en weer een dag later zat ik al aan boord van de MV Galaxy. Ik kan dus rustig stellen dat ik rechtstreeks van Radio Luxembourg naar Radio London ben overgestapt."
   
Previous
  Nawoord van de redactie
14 In de jaren vijftig en vroege jaren zestig betekende de keuze voor een leven als popmuzikant of als deejay bij een zeezender de keuze voor een afwijkende leefstijl. Avonturiers en bohémiens voelden zich daardoor tot deze scene aangetrokken. Maar ook voor andere marginale groepen bood de wereld van de popmuziek en de zeezenders een uitwijkhaven. Dat gold in die tijd bijvoorbeeld voor homoseksuelen; denk aan Brian Epstein, de manager van de Beatles. Ook bij Tony Windsor en Chris Denning speelde dat een rol. Bij Denning ging het echter wel een stuk verder, zo bleek enige jaren geleden. Zijn gerichtheid op minderjarigen bracht hem steeds dieper in de problemen.
  Aanvankelijk leek er voor buitenstaanders weinig aan de hand. De carrière van Denning leek voorspoedig te verlopen, zij het met veel wisselingen. In augustus 1966 verruilde hij Radio London voor BBC Radio. Daar presenteerde hij samen met Kenny Everett en Duncan Johnson, zijn oude collega's van Radio London, het legendarische "Where It's At" op het "Light Programme". Niet lang daarna ging hij de platenwereld in. Eerst was hij directeur "promotie" bij Decca, vervolgens onder meer bij Bell, UK en RAK Records. Ook verzorgde hij nog her en der de nodige "voice-overs".
  In de loop van de jaren tachtig trokken zijn sexuele relaties met minderjarigen echter de aandacht van de politie. Denning belandde voor zijn vergrijpen in 1985, 1988 en in 1996 in de gevangenis. In november 1997, veertig jaar na zijn eerste bezoek aan dat land, werd hij in Praag gearresteerd als "ringleider" van een pedofielennetwerk. Op 16 maart 2000 kreeg Denning — hij was toen 57 jaar — daarvoor vier en een half jaar gevangenisstraf. Opvallend is dat hij na de eerste berichten in de Praagse pers reageerde met een ingezonden brief, die zijn verhaal hierboven over zijn jeugdjaren wel in een heel ander licht plaatst. In die brief verdedigde Denning zich uitgebreid voor zijn gedrag. Hij gaf daarbij aan dat hij zelf in zijn jeugd op internationale schaal vrijwillig als mannelijke prostituee had gewerkt en daar ook veel van zijn contacten in Londen, Parijs en Frankfurt aan te danken had.
  De jaren zestig waren de jaren van de seksuele bevrijding. De seksualiteit van jongeren werd erkend. De andere kant van de medaille was, dat er een grotere gevoeligheid kwam voor de machtsongelijkheid in seksuele relaties, met name tussen volwassen en jeugdigen. In zijn verdediging wijst Denning op het vrijwillig karakter van zijn relaties, maar negeert daarbij het machtsverschil. Daaruit blijkt dat hij dat eerste punt wel, maar het tweede absoluut niet heeft begrepen. Ook tijdens de rechtszaak in maart 2000 bleek dat allemaal nog niet tot hem te zijn doorgedrongen. Bij zijn verdediging voor het hof herhaalde hij zijn curieuze argumentatie nog eens in een betoog van maar liefst drie uur. De straf werd er niet minder om.
   
Previous
  Een deel van de krantenverslagen over Denning's arrestatie en veroordeling in Praag zijn online te lezen in de: The Prague Post, waar ook zijn merkwaardige ingezonden brief van 9 september 1998 te lezen is.
  2001 © Soundscapes