Logo  
  | home   authors | new | about | newsfeed | print |  
volume 4
augustus 2001

Amerikaanse radio in Engeland

 





  Bespreking van:
  • Patrick Morley, This is the American Forces Network. The Anglo-American Battle of the Air Waves in World War II. Londen: Praeger, 2001 (174 pagina's; ISBN 0 275 96901 0).
door Hans Knot
Previous
  Hoewel ze als geallieerden in de strijd met de Duitsers een gemeenschappelijke oorlogsinspanning leverden, waren de Amerikanen en Engelsen het tijdens de Tweede Wereldoorlog niet altijd met elkaar eens. Een van de spanningspunten vormde de komst van de American Forces Network, een radionetwerk voor de gemobiliseerde Amerikaanse soldaten in Engeland. Patrick Morley schreef een mooi boek over deze episode uit de geschiedenis van de radio. Hans Knot las het voor ons en geeft hier zijn oordeel: kopen en lezen.
 
1 This is the American Forces Network is een prachtig boek, geschreven door Patrick Morley. Vanaf het prille begin van het idee tot het oprichten van een eigen netwerk van radiostations tot en met het einde van de Tweede Wereld Oorlog worden in dit boek alle activiteiten beschreven tot het komen en runnen van dit station, dat later uitgroeide tot een wereldwijd verspreid keten van stations.
2 Het in 1943 in Engeland opgerichte American Forces Network kan worden gezien als het grootste netwerk van radiostations, dat door de Amerikanen in de wereld werd opgericht. Voor de Britse autoriteiten was de oprichting meer een uniek gebeuren in de Britse radiogeschiedenis. Het was immers de eerste keer dat de monopoliepositie van de BBC in Engeland werd doorbroken. Pas in 1964, met de komst van Radio Caroline, zou dit voor de tweede keer gebeuren. Het was begin januari 1942 dat de eerste Amerikaanse militairen in Engeland aankwamen, twee maanden nadat de Amerika bij de Tweede Wereldoorlog werd betrokken. Halverwege datzelfde jaar hadden de kwartiermakers hun werk gedaan en volgden grote troepenverplaatsingen, waarbij het aantal gelegerde Amerikanen in Engeland opliep tot iets boven de anderhalf miljoen soldaten.
3 De meeste van deze soldaten hadden nog nooit eerder hun vaderland verlaten en maakten een verre reis op schepen, dwars door gebieden die bewaakt werden door onderzeeboten. Bovendien kwamen ze een land binnen waar de inwoners al bijna drie jaar leden onder de gevolgen van de betrokkenheid aan de Tweede Wereldoorlog. Het valt te begrijpen dat die Amerikanen in Engeland juist datgene misten, waaraan zij in hun eigen land totaal geen gebrek aan hadden. Niet dat er voor hen niet goed gezorgd werd op de militaire basis, waar men was gelegerd. Volgens overlevering van een van de Britse verzorgsters had men volop levensmiddelen en waar de Britten spaarzaam moesten omgaan bij het gebruik van bijvoorbeeld eieren, was dit er voor de troepen altijd volop aanwezig. Elke dag kreeg men "bacon and egg" voorgeschoteld.
4 Een mens leeft echter niet van brood alleen. Voor de Amerikaanse troepen gold in ieder geval dat ze behoorlijk ontevreden waren over het aanbod dat de BBC op de radio bracht. En dat brachten ze zeker onder de aandacht van hun meerderen. De gespeelde muziek riep alleen maar verveling op; de humor viel buitenaards te noemen en de presentatoren kwamen stijf en onvriendelijk over. Bovendien werd alle gebrachte informatie zeer onpersoonlijk uitgesproken, iets wat de Amerikanen in hun thuisland geheel anders gewend waren. Immers, de presentator praatte in Amerika niet over de luisteraar heen, maar was medegebruiker van je huiskamer. Zelfs het nieuws via de BBC werd serieus en sober gebracht, hetgeen totaal anders was dan bij de Amerikaanse beleving van emotioneel nieuwslezen, zoals dat in die dagen al gebruikelijk was in de Verenigde Staten.
5 Er was dan ook maar één oplossing om de troepen tevreden te stellen en dat was de oprichting van een radionetwerk voor de troepen, dat op gedeeltelijke Amerikaanse school zou zijn gestoeld. Opmerkelijk genoeg waren de Britten de Amerikanen al voor geweest met dit idee want eerder hadden zij ook zelf al hun eigen netwerk opgezet om hun troepen overzee datgene te brengen op de radio, waaraan ze "thuis" gewend waren. Het was "The British Expeditionary Force" in Frankrijk die in 1940 al verzorgd werd met eigen programma's.
6 Sergeant Don Cosgrove

In eerste instantie werden de Amerikanen, voor de komst van hun eigen radiostation, al enigszins tevreden gesteld door de Britten. De BBC introduceerde enkele Amerikaanse shows die men, tegen afbraakprijzen, van de Amerikanen overnam. Zo konden onder meer Bob Hope en Jack Bunny al met bepaalde regelmaat via "Auntie" worden gehoord. Maar het Amerikaanse aanbod was niet altijd geschikt in de oren van de Britse radiomakers en zo dienden programma's van Frank Morgan en Al Johnson te worden opgeschoond van bepaalde "onkuise" woorden, alvorens ze de Britse ether konden worden ingeslingerd.

7 De drang om een eigen station te krijgen werd bovendien gesterkt doordat steeds meer militairen gingen luisteren naar de programma's van radiostations, die gerund werden door de Duitse vijand. Hierbij werden Engelstalige programma's verzorgd die aan de ene kant aantrekkelijk leken voor de troepen en aan de andere kant het moraal van hen kon afbreken. Een goed voorbeeld hiervan is onder meer Lord Haw Haw, het pseudoniem voor William Joyce, een leidende fascist uit Engeland, die was uitgeweken naar Duitsland en zijn praatjes onder meer via de in beslag genomen zender van Radio Luxembourg hield. En dus vroegen de Amerikaanse militaire autoriteiten in 1943 de Britse regering een speciale oorlogsmaatregel te nemen, waarbij de Britten faciliteiten ter beschikking mochten stellen om de Amerikaanse troepen te voorzien van een eigen radioprogramma via een netwerk van radiostations op laag vermogen. Niet alleen de muziek, die men in de Verenigde Staten gewend was, kon op die manier veelvuldig worden gebracht, maar de komst van een eigen netwerk gaf de Amerikaanse leiders meteen de mogelijkheid zich direct te richten tot de in Engeland gelegerde troepen.
8 Drie organen werden betrokken bij het oprichten van The American Forces Network. Allereerst was daar de OWI, "The Office of War Information." De tweede was het "War Department" in Washington, dit via haar onderdeel "The Radio Division of the Bureau of Public Services", en tenslotte "The Armed Forces Radio Services". Kopstukken als de CBS-producer Guy del Coppia en Brewster Morgan werden naar Engeland overgevlogen om nauw betrokken te worden bij de opbouw van het netwerk. Natuurlijk diende met de Britten uitgebreid te worden gesproken over de te gebruiken frequenties, het vermogen van en de plaatsen waar men wel of niet een zender mocht installeren. Londen viel bijvoorbeeld geheel buiten het plaatje, daar het installeren van een zender daar verboden werd. Via draadinstallaties zou daar later alsnog het signaal van de American Forces Network te horen zijn. Vele militairen zochten plezier in de Britse hoofdstad en zo was in de Rainbow Corner, op Piccadilly Circus, alwaar honderden GI's bij elkaar kwamen, een grote serie luidsprekers opgehangen, om het signaal te verspreiden.
9 Op 4 juli 1943 gingen de programma's van start, waarbij drie hoofddoelen werden gesteld:
 
  • Het verspreiden van de Amerikaanse vorm van amusement.
  • Constante vorm van samenwerking met de militaire autoriteiten, zodat er gedaan kon worden aan onderwijs, training en religie verspreiding.
  • Het begeleiden van de Amerikaanse militairen in hun nieuwe vorm van samenleving in Groot-Brittannië.
10 Een pand aan 11 Carlos Place, precies om de hoek bij Grosvenor Square, in Londen werd het onderkomen van de eerste studio van AFN. Het was een kleine basisstudio, die bestond uit een regiekamer, twee draaitafels, microfoons en andere apparatuur die nodig was om het signaal op de zender te krijgen. Ook de uitzenduren waren in de beginperiode beperkt. Op werkdagen maximaal vijf uren, terwijl in de weekenden er iets meer luisterruimte werd gecreëerd. De nieuwsredactie werd in eerste instantie samengesteld uit redacteuren van The Stars and Stripes, een krant die werd verspreid onder de Amerikaanse militairen en die werd gedrukt op de persen van The Times in Londen. Pas later zouden ook de nieuwsredacteuren worden aangenomen in de VS, voor hun werk in Engeland.
11 Onafhankelijkheidsdag — the 4t of July — 1943 was derhalve de eerste dag dat AFN ooit in de ether was, waarbij als eerste song "The Star Spangled Banner" werd gedraaid en de stem van Brewster Morgan als eerste door de ether schalde. American Forces Network was een feit. Later groeide het uit tot een wereldwijd verspreid keten van stations, waar niet alleen de Amerikaanse soldaten met veel plezier, naar hebben geluisterd. De BBC was daar niet bepaald gelukkig mee en de tegenwerking van de BBC zette de Brits-Amerikaanse samenwerking dan ook herhaaldelijk onder druk. De populariteit van het station onder brede lagen van de Britse bevolking dwong de BBC echter uiteindelijk om haar programmering en stijl bij te stellen. Ook in dat opzicht vormt de komst van AFN een belangrijk moment in de geschiedenis van de Britse radio.
12 Dit hele verhaal wordt door Patrick Morley tot in details beschreven. Morley weet waar hij over praat. Zijn journalistieke loopbaan bestrijkt meer dan veertig jaar. Voordat hij bij de BBC in dienst trad, werkte hij tien jaar lang voor gerenommeerde Britse regionale kranten. Bij de BBC bezette hij de belangrijkste posten binnen de nieuwsafdelingen, waarbij hij zijn loopbaan beëindigde als Head of News van de BBC voor de westelijke regionen in Bristol. Na zijn pensionering is hij uitgebreid research gaan plegen over het ontstaan en de ontwikkelingen binnen de American Forces Network, met deze prachtige publicatie als resultaat. Inclusief een aantal unieke foto's biedt dit boek in zijn 174 pagina's op een leesbare manier de nodige informatie. Het enige minpunt is misschien de hoge prijs, hoewel ik kan garanderen dat de aanschaf elke Britse Pond waard is. Het boek staat borg voor uren van leesplezier.
13 This is the American Forces Network is voor de prijs van 49,50 Pond (inclusief verzendkosten) te bestellen bij:
 
  • Praeger Publishers, The Eurospan Group
  • 3 Henrietta Street, Covent Garden
  • London WC2E 8LU
  • England
  Bellen kan ook:
 
  • Telefoon: 0044 207 240 0856
  • Fax: 0044 207 379 0609
   
Previous
  2001 © Soundscapes