Logo  
  | home   authors | new | about | newsfeed | print |  
volume 4
juni 2001

In de nadagen van Radio Monique

 





  Wim van Egmond blikt terug op de laatste weken van Radio Monique
door Martin van der Ven
Previous
  Eind 1984 verhuurde de Caroline-organisatie de 50kW-zender aan boord van de Ross Revenge aan Nico Volkert en Fred Bolland. Met die zender begonnen de twee Nederlanders hun eigen station: Radio Monique. Op 11 november 1987 klom Wim van Egmond als deejay aan boord van het schip. Twee weken later, op 25 november van dat jaar, klapte de zendmast tijdens een storm naar beneden en dat betekende het einde van Radio Monique. Martin van der Ven vroeg Van Egmond naar zijn ervaringen aan boord van het zendschip.
 
1 In maart 1980 vond de MV Mi Amigo, het schip dat in de jaren zestig en zeventig voor verschillende radiostations dienst had gedaan als zendschip, uiteindelijk haar laatste rustplaats op de bodem van de Theemsmonding. Op dat moment dacht iedereen dat er daarmee ook het doek was gevallen voor Radio Caroline, het station dat zijn uitzendingen als zeezender in 1964 was begonnen. Die gedachte bleek fout. Het duurde even, maar het station kwam terug. Tussen het moment waarop de Mi Amigo zonk en een daadwerkelijke herstart van het legendarische station zat een periode van ruim drie jaren. In die tijd werd niet alleen de komst van een nieuw schip aangekondigd, het schip werd ook daadwerkelijk uitgerust in de haven van het Spaanse Santander. Problemen waren er ook genoeg. Zoveel zelfs, dat de verschillende financiers op een bepaald moment niet meer met elkaar door één deur konden. Gevolg was dat er op het schip beslag werd gelegd, waardoor alle activiteiten werden stilgezet.
2 De hoge zendmast van de Ross Revenge

Uiteindelijk lukte toch om het nieuwe schip, de MV Ross Revenge, op de Noordzee in internationale wateren, te verankeren. Op 19 augustus 1983 viel een prachtig sterk signaal te horen via de 319 meter op de AM-band. De Ross Revenge was niet alleen het grootste zendschip ooit — liefst 978 ton — maar had ook de hoogste zendmast ooit op een zendschip gebouwd — 300 feet. Maar, net als in de jaren zeventig keer op keer was gebleken, kon de Caroline-organisatie de onderneming financieel niet aan. Er was wel een aantal adverteerders geworven, maar de inkomsten waren bij elkaar lang niet voldoende om de enorm hoge kosten te dekken. In de jaren zeventig sprongen onder meer Radio Atlantis en Radio Mi Amigo bij, die zendtijd kochten bij de Caroline-organisatie, waardoor ook de bevoorrading kostendekkend werd.

Een Top-Vijftig-jingle van Radio Monique
3 Ook ditmaal kwam er geld van buiten in ruil voor zendtijd. Vanaf 16 december 1984 verhuurde de Caroline-organisatie de 50 kW zender aan boord van de Ross Revenge aan Nico Volkert en Fred Bolland. Met die zender begonnen de twee Nederlandse zakenlieden hun eigen station: Radio Monique. In ruil daarvoor namen ze tevens de verantwoordelijkheid op zich voor de bevoorrading van het zendschip en het halen en brengen van de medewerkers van Radio Caroline en het nieuwe Radio Monique van en naar de Ross Revenge. In het Gooi werd daarnaast nog eens een speciale studio ingericht, waar oude rotten uit het vak als Joost den Draayer en Tony Berk nog eens lieten horen hoe radio eigenlijk gemaakt moest worden. Voor de rest werden de programma's verzorgd door een live-team van deejays.
4 Wim van Egmond achter de microfoon van Radio Monique aan boord van de Ross Revenge

In de volgende twee jaar was het een komen en gaan van deejays bij Radio Monique. De redenen van vertrek liepen uiteen: afspraken die niet werden nagekomen, de slechte leefomstandigheden aan boord, salarissen die niet of te weinig ontvangen werden of gewoonweg een gebrek aan kwaliteiten bij de betrokken deejay. Eén van de deejays die ooit aan boord van de Ross Revenge heeft gezeten voor zowel Radio Monique als haar opvolger Radio 558, is Wim van Egmond. Martin van der Ven sprak recentelijk met hem over de nadagen van de Nederlandstalige zeezenders.

Wim van Egmond presenteert op Radio Monique
5 Martin: Wanneer begon je naar de zeezenders te luisteren en wat was je favoriete radiostation?
  Wim: De eerste zeezender die ik op de radio ontdekte was eigenlijk Radio Veronica, maar vreemd genoeg werd Radio Luxembourg door de jaren heen mijn favoriete station. Ik was twaalf jaar toen ik meer bewust naar de radio begon te luisteren. Maar naar Radio Caroline heb ik toen niet erg bewust geluisterd. Dat kwam pas in de periode 1976-1977. Ze draaiden er toen van die "long boring album tracks". Die programma's brachten een enorme sfeer. Vooral in de nachtelijke uren heb ik destijds veel geluisterd, maar nooit wat opgenomen. Dat heb ik achteraf wel ingehaald. De album-muziek, die Radio Caroline programmeerde, had gewoon mijn persoonlijke voorkeur. Radio Veronica vanaf zee vond ik wel leuk. Uiteraard heb ik naar de bewuste programma's op 31 augustus 1974 geluisterd, toen Radio Noordzee en Radio Veronica vanwege de invoering van de anti-zeezender-wet uit de lucht moesten. De volgende dag ben ik op de radio gaan zoeken of er nog meer stations waren. Als jochie van veertien jaar ontdekte ik toen Radio Mi Amigo, de enige die was overgebleven. En van die periode is me alles bewust bijgebleven. Ik heb daar ook veel van opgenomen.
6 Martin: Ben je in de periode ook aan boord geweest als fan van de zeezenders?
  De MV Windy

Wim: Nee, dat heb ik niet gedaan. In de late periode van Radio Mi Amigo heb ik wel een proefbandje voor het station gemaakt. Ik kende iemand bij het station en die had me dat aangeraden. Maar op het laatste moment heb ik dat bandje toch niet opgestuurd. Het was eigenlijk wel mijn eerste stap om radio te gaan maken op internationaal gebied. Mijn eerste radioprogramma maakte ik overigens in 1976 voor "Hof van Holland" en niet veel later draaide ik al voor een radiostation in het Gooi, WMR. Die afkorting stond voor World Music Radio. Het station was van Gerard van der Zee, die ook Radio London in Den Haag runde. De naam van het station werd veranderd in Weekend Muziek Radio. Onder die naam verzorgde het station illegale uitzendingen in het Engels via de FM in Utrecht en Alkmaar. Het viel tevens te beluisteren in Utrecht via de middengolf op de 192 meter.

  Vreemd genoeg gebeurde dat vanaf een bootje in de Vaartse Rijn in Utrecht. Het programma werd daarnaast internationaal uitgezonden via de korte golf. Ik verzorgde dus op drie frequentiebanden hetzelfde programma. Gerard van de Zee, die in 1972/1973 ook al bij Radio Caroline actief was geweest, wilde zijn eigen zeezender en samen met zijn vriend, John Anderson, begon hij met de voorbereidingen van Radio Delmare. Dat betekende het einde van Weekend Muziek Radio. Het had weinig gescheeld of ik was bij Radio Delmare aan de bak geweest. Ik was toen achttien jaar. Ik heb me op het laatste moment bedacht en het toch maar niet gedaan.
7 Martin: Van wanneer stammen de eerste contacten met Radio Monique?
  Sticker van Radio Caroline

Wim: Er waren al de nodige contacten met mensen die bij het station werkten, maar het eerste zakelijke contact vond plaats in augustus 1987. Ik heb ze toen een bandje gestuurd om te kijken wat ze van me zouden vinden. Voor mij stond wel voorop, dat ik niet aan boord van het zendschip wilde. Ik had meer het idee om iets voor die organisatie te doen. Wat maakte niet uit en bovendien had ik het gevoel dat niemand op me zat te wachten als programmamaker. Twee dagen later zat ik in Hilversum in de MMI-studio. Het bleek dat ze het proefbandje goed vonden en ze vroegen me of ik aan boord wilde. Ik heb ze toen gezegd dat dat niet de bedoeling was, maar het bloed begon toch te kruipen waar het niet gaan kon. Ik ben dus toch naar de Ross Revenge getrokken.

8 Martin: Wanneer ben je voor het eerst aan boord gegaan?
  Wim: Ik zou oorspronkelijk al in september 1987 naar het schip vertrekken, maar moest nog wat dingetjes regelen en uiteindelijk is het 11 november geworden. Ik heb die datum nog op een kast op de Ross Revenge geschreven. Het was een goede week voordat die hoge zendmast naar beneden kwam.
Een jingle van Joost den Draayer voor Radio Monique
9 Martin: Op de 25ste november kwam de mast naar beneden. Eigenlijk was het niet bepaald een goed tijdstip om aan boord te zijn.
  Wim: Ik kwam 's ochtends aan boord van de Ross Revenge, werd direct ingewerkt en in de middag zat ik al het nieuws te lezen. We hadden toen een leuk team van Caroline-medewerkers: Tim Allen, Pat Brooks, Kevin Turner, Stuart Russell en van de zijde van Radio Monique Wim van de Valk en Erwin Bliek. Verder was kapitein Ernie er nog en ook Peter Chicago, de hoofdzendertechnicus.
10 Martin: De tweede helft van 1987 was voor Radio Monique en Radio Caroline financieel gezien de beste periode.
  Erwin van der Bliek

Wim: Ja, we werden betaald zodra we voor verlof van boord kwamen. Dat had ik, eerlijk gezegd, niet verwacht. Later is dat ook weer anders geworden. Officieel zat je telkens twee weken aan boord, maar in de wintertijd was het, mede door het stormachtige weer, niet mogelijk om het schip regelmatig te bevoorraden. Mijn eerste periode duurde, geloof ik, vijf weken. Er waren twee tenders: de MV Bellatrix en de MV Windy. De laatste was een heel klein bootje dat eigenlijk al uit de roulatie was genomen. De Bellatrix was een zeewaardige boot waar je ook rustig op kon slapen, een heel mooi schip ook, trouwens.

11 Martin: We zijn nu een flink aantal jaren verder en ik kan je dus ook wel vragen vanaf welke plek de Ross Revenge destijds, legaal of illegaal, werd bevoorraad.
  Wim: Soms werden bevoorraad vanuit het Franse Calais, maar ook wel vanuit het Belgische Nieuwpoort. Het gebeurde ook wel eens vanuit Nederland. Dat was het wel. Zover ik weet is er nooit, zoals destijds wel werd beweerd, een tender vanuit Spanje richting de Ross Revenge gevaren.
12 Martin: Hoe was de relatie met de Engelsen aan boord?
  Wim: Ik heb een heel goed contact gehad met de Engelsen. Van aard ben ik een avondmens en ik bleef dus nog weleens lang op. Dan was het altijd gezellig met de Engelsen. Mijn collega's van Monique gingen vaak vroeg naar bed, maar ik bleef vaak tot in de nacht wakker en dat ondanks het feit dat ik al om vijf uur 's ochtends op moest. We hadden onderling zondermeer goed contact. We praatten over van alles, over het leven en natuurlijk over radio.
13 Martin: Een voordeel van het werken op een zendschip is natuurlijk dat je vierentwintig uur per etmaal aan boord bent. Je maakt niet alleen je programma maakt om het station vervolgens weer voor een dag de rug toe te keren. Je bent met de hele crew dus de gehele dag samen.
  Wim van Egmond aan boord van de Ross Revenge

Wim: Het voordeel van de Ross Revenge was dat het een enorm groot schip was. Als je iemand niet mocht of als iemand je niet lag, dan kon je je terugtrekken. Zo'n gemengd gezelschap heeft ook zo zijn voordelen. Tegenwoordig doen veel bedrijven aan teambuilding en ik zeg dan altijd dat ze het personeel maar op een boot moeten zetten en daar maar iets moeten gaan doen, want je leert elkaar dan zeker respecteren. Je moet wel, omdat je moet samenwerken. Er was één persoon aan boord dat me beslist niet lag. Dat was wederzijds. Je kunt dan toch gewoon samenwerken en gewoon gezellig doen. Alleen zal je dan geen diepgaande gesprekken voeren omdat het gewoon niet klikt. Je bouwt toch iets op met elkaar. Je moet niet, maar je kiest er zelf voor.

Tony Berk brengt het succesvolle spelletje "Prijsbewust" van Radio Noordzee terug op Radio Monique
14 Martin: Zijn er wel mensen die langer aan boord bleven?
  Wim: Ja. Ik ken een persoon die zelfs zes maanden achtereen aan boord van de Ross Revenge zat. En we hadden natuurlijk Peter Chicago, iemand die nooit veel zei; hij kwam langs om goeiemorgen te zeggen en was dan weer verdwenen. Ik zal nooit vergeten hoe hij kon reageren. Als er bijvoorbeeld iets in de studio kapot was, waarvan ik verwachtte dat hij het meteen zou repareren, kwam hij heel rustig aanzetten. Hij zei dat er beneden ook nog wel een studio was. Dus moest ik mijn hele boeltje vijf minuten voor de aanvang van mijn programma mee nemen naar de reservestudio van Caroline, waarvan ik niet eens wist hoe de apparatuur werkte. Gelukkig is het wel goed gekomen.
15 Martin: In die tijd had je ook de broers Steve Conway en Chris Kennedy die lang aan boord zaten en elkaar telkens afwisselden.
  Krantenknipsel over Radio Monique (klik op de afbeelding voor een groter beeld)

Wim: Dat klopt. Ze woonden in Noord-Ierland en Steve ging tijdens zijn verlofperiode naar hun huis in Noord-Ierland om daar de boel leefbaar te houden en dan verdiende hij er ook wat bij als reisleider op een bus. Als hij dan weer aan boord kwam, ging Chris op zijn beurt terug naar Noord-Ierland om daar hetzelfde te doen.

16 Martin: Ik wil even met je terug naar de dag waarop de mast naar beneden kwam. Het was toen zeer slecht weer. Ben je toen ook zeeziek geweest?
  Wim: Nee, ik ben niet echt zeeziek geweest. Wel was ik de eerste keer dat ik aan boord kwam licht in mijn hoofd. Ik denk dat dit te maken had met het gevoel van "wat staat me te wachten" — het is spannend, het is nieuw. Op de avond van de mastbreuk voelde ik me kiplekker, en dat ondanks de storm. Ik ben op een bepaald moment wel in de Caroline-discotheek gaan liggen, want ik kon niet slapen. Ik maakte me niet al te druk. Wel zag ik dat de isolatoren vonkten, maar ik dacht dat het mijn tijd wel zou duren. Ik heb me er echt niet druk over gemaakt. Pat Brooks zat zijn programma te doen, en hij was een beetje een nerveus type. Aan zijn presentatie merkte ik dat er iets loos was. Op een bepaald moment klapte dus de zender er uit en Pat vroeg zich af wat er aan de hand was. Op het zelfde moment dat ik hem antwoordde, klonk een daverende klap. Dat was de zendmast die naar beneden kwam.
17 Martin: Dat moet toch een flinke schok zijn geweest voor iedereen aan boord.
  De Ross Revenge kort na de mastbreuk

Wim: We zijn inderdaad flink geschrokken. Het was een kwestie van zwemvesten pakken en klaarstaan om van boord te gaan. We werden in twee groepen verdeeld: de een onder leiding van Peter Chicago en de andere onder leiding van kapitein Ernie. Er werden commando's afgesproken in welke reddingsboot we zouden gaan, mocht het zendschip omslaan. We zijn vooraf bij de kapitein op de brug geweest, vanwaar hij contact met de mensen aan land had. Hij was erg rustig en vertelde dat alles wel in orde was. Achteraf gezien was het allemaal best wel hectisch. Ik heb daar later ook wel met Ernie over gesproken en hij zei me toen dat het heel belangrijk is dat een kapitein op zo'n moment rust uitstraalt. Dat is het verschil tusen een goede en een slechte kapitein. Het was echt levensgevaarlijk, maar doordat hij zo rustig bleef in zijn contact met land en de kustwacht, bleef een aantal van ons ook rustig. Maar, je denkt dan wel even heel snel na over het leven, hoor.

Commercials en jingles van Radio Monique
  De volgende ochtend om zeven uur bleek dat het toch redelijk veilig was en hebben we met zijn allen de restanten van de zendmast opgeruimd. Ik heb voor twintig man gekookt en de daarop volgende avond — er was uiteraard geen psycholoog aan boord — raakten we wel in gesprek met elkaar over onze gevoelens. We merkten dat heel veel van ons gedacht hadden dat ons laatste uur had geslagen. Ik heb dat zelf toen ook gedacht. Ook bedenk je op zo'n moment hoe je, mocht het schip omslaan, het snelst dood kunt gaan. Het klinkt misschien wel heel dramatisch, zoals ik het zeg, maar je hele denkwereld slaat op zo'n moment compleet om. Dan praat je met elkaar en blijkt iedereen ongeveer hetzelfde gevoeld te hebben.
18 Martin: Peter Chicago heeft toen het idee opgevat een noodmast te plaatsen.
  De Ross Revenge eind 1988, begin 1989

Wim: Tja, wij Nederlanders hadden al min of meer berust in het feit, dat het met radiomaken gebeurd was. Maar, die Engelsen zijn een ander slag volk. Die moeten altijd maar radio-maken. Vandaar die mast. Het signaal kwam niet ver, maar het was iets. Ik ben nog twee weken aan boord gebleven nadat de mast was omgegaan. Het was gewoon niet mogelijk om met een grote tender langszij te komen. Wel was het mogelijk om met de kleine Engelse tender mee aan land te gaan, maar met gevaar voor eigen leven. Ik voelde me veiliger op de Ross Revenge dan op dat kleine bootje en ben dus niet meegegaan.

19 Martin: Hoe verliepen de contacten met de mensen aan land, via de 27 Mc?
  Wim: Nee, opmerkelijk genoeg voornamelijk via de boten van de Olau Line. Er was een kapitein op een van deze schepen die een grote aanhanger was van de zeezenders. Als hij in de beurt van de Ross Revenge was, dan bleek er contact te zijn in geheimtaal. We wisten ook altijd precies wanneer hij dienst had. Hij belde die berichten dan weer door naar de organisatie en naar familieleden aan land. Op die manier zijn er vele berichten doorgegeven.
20 Martin: Hoeveel mensen luisterden er eigenlijk naar Radio Monique?
  Wim: Niet zoveel als naar Radio Mi Amigo in haar tijd. Toch heb ik het idee dat er wel geluisterd werd. Ook uit de brieven, die aan boord kwamen, bleek dat er goed geluisterd werd. Je mag er toch vanuit gaan dat slechts één op de twintig luisteraars wel eens reageert. Maar een getal, nee, daar durf ik niets over te zeggen.
21 Martin: Er waren ook problemen aan boord met de bevoorrading. Er gingen tenminste verhalen over gebrek aan water en proviand. Hoe was het eten aan boord?
  Protestbrief van een luisteraar aan de Antwerpse Gazet tegen de berichtgeving over het gebrek aan proviand aan boord (klik op de afbeelding voor de hele brief)
  Wim: Zelf heb ik daar geen enkel probleem mee gehad. Aan eten was geen tekort. Toen Kevin Turner van boord ging, heb ik ook de kokstaken op me genomen. Ik herinner me, dat er genoeg in de vrieskisten lag — waaronder vis. Toen ik dat zag heb ik een heerlijke maaltijd bereidt, maar de Engelsen moesten er niets van hebben; omdat het vis was. Ik weet best wel dat er periodes geweest zijn, en dat is me ook door anderen verteld, dat er slecht te eten was. Mede door stormachtige situaties. Ook werd er zelf brood gebakken, want er was genoeg deeg voorradig. Het initiatief daarvoor moest wel altijd van de kant van de Hollanders komen. De Britten hadden nergens zin in. Dat was niet slecht bedoeld; het was gewoon een cultuurverschil.
22 Martin: Hoe zat de Monique-organisatie aan land precies in elkaar?
  Wim: De studio's waar de bandprogramma's werden opgenomen, stonden in Hilversum en Rob Holland regelde de zaakjes in Den Haag. Op een bepaald moment zou er worden getenderd vanuit België en niet veel later belde Ronan O'Rahilly — de eigenaar van Radio Caroline — Rob toen op in de auto. Het was een van de eerste autotelefoons die ik zag. Anderhalf uur lang vertelde Ronan wat Rob moest doen en Rob omgekeerd wat Ronan moest doen. Het kostte toen heel wat om te bellen. Daar ging het geld dus heen.
23 Martin: Het nieuws kwam van Radio 3?
  Wim: Nee, het nieuws haalde ik van de BRT, de BBC en eventueel de Hilversumse stations, maar die genoten geen voorkeur. Iedereen zei wel: "Pak nu Radio 3, want dat is gemakkelijk voor te lezen." Maar, dat deed ik niet. Ik zal ook nooit vergeten dat we Radio 3 een keer voor waren met het nieuws. Er was ergens een ongeluk gebeurd met 25 doden — dat had ik bij de BBC gehoord. Radio 3 had het in een aantal bulletins over 20 doden. Wij waren drie uur eerder met het actuele nieuws dan het ANP. Dat persbureau is dus niet altijd heilig.
24 Martin: Hoe stond het met alcohol en drugs aan boord?
  Persbericht van de Caroline-organisatie na de raid van 20 augustus 1989
  Wim: Drugs waren er gewoon niet. Alcohol wel en vaak genoeg. Als de voorraad op was, dan hadden de Engelsen een probleem. Zelf rook ik wel, maar ik drink niet. Zo kon ik dus een handeltje opzetten. Er kwamen ladingen shag aan boord — Texas van de adverteerder. Ze wisten allemaal dat ik niet dronk en dus ruilde ik shag tegen drank. Soms kon het wel eens zo lopen dat in tijden van schaarste een blikje bier mij drie pakjes Texas opleverde.
25 Martin: Met die mastbreuk kwam er een eind aan Radio Monique en daarna volgden nog pogingen om iets gedaan te krijgen via een fibermast.
  Wim: Ik kan het nu eindelijk wel eens vertellen. Er waren toen al plannen om met de uitzendingen van Radio Monique vanaf de Ross Revenge te stoppen en naar een andere boot, de Nannell, over te gaan. Maar die mast die naar beneden kwam, leverde de Monique-organisatie een flinke financiële strop op. Als die mast niet naar beneden was gekomen, dan was die andere boot binnen twee maanden klaar geweest en waren we daarnaar overgestapt.
  Redactionele noot: Deze boot, de MV Nannell, werd mede gefinancieerd door Willem van Kooten en werd ook daadwerkelijk in Santander uitgerust als zendschip voor meerdere radiostations. Twee pogingen om het schip over te brengen naar de Noordzee mislukten door zware stormen, waarbij ook dit schip haar mast verloor en haar uiteindelijke bestemming vond in de sloop.
26 Martin: Waarom wilde men overstappen op een andere boot?
  Wim: Wat ik begreep was, dat men de hele Engelse organisatie zat was. Toen ik aan boord ging, wist ik wel dat mijn periode langer zou kunnen duren en dat de mogelijkheid bestond dat we moesten gedurende die tijd zouden moeten overstappen op het andere schip. Ze hebben er echt van alles aan gedaan om van de Caroline-organisatie af te komen.
Radio Caroline brengt het nieuws over de frequentieverandering van Radio 819
27 Martin: Wanneer kwam je volgende periode aan boord van de Ross Revenge?
  Persbericht van de Caroline-organisatie na de raid van 20 augustus 1989 (klik op de afbeelding voor een groter deel van het bericht)
  Wim: Op 9 mei 1988 begon Radio 558, een station dat als opvolger van Radio Monique moet worden gezien. Het was onder meer opgezet door Nico Volker, die ook binnen de Monique-organisatie al het een en ander regelde. Het station zou al in april van start zijn gegaan. We gingen ook op weg met een tender, maar de tocht mislukte. We zijn toen een nachtje in België gebleven en hebben nog twee pogingen gedaan die andermaal mislukten. Ik zou ook tijdens de eerste week van officiële programma's aan boord zijn geweest en mijn koffers stonden al gepakt. Twee weken later ben ik alsnog gegaan. Eigenlijk zou het station direct al Radio 819 gaan heten, maar dit lukte niet omdat het experiment met de fibermast mislukte. Het ding vloog in brand. Daarom werd toen voor een andere frequentie gekozen. Wel diende er toen heel snel een nieuw jinglepakket te worden ingezongen, maar later kon het eerste pakket alsnog voor Radio 819 worden gebruikt.
De laatste uitzending op Radio 819 voor de raid van 19 augustus 1989
28 Martin: Ben je nog vaak aan boord geweest?
  Wim: Hoorbaar op de radio voor de luisteraar nog twee keer, maar ik ben vaker terug geweest. Er waren genoeg andere dingen te doen aan boord voor de organisatie.
29 Martin: Waren er ook plugplaten en betaalden alle adverteerders?
  Deel van de inbeslag genomen goederen na de raid van augustus 1989

Wim: Vreselijk, er schiet me er een te binnen: "En we gaan naar Spanje toe". Een verschrikkelijke plaat, maar verder heb ik van verplicht te draaien platen geen last van gehad. Ik heb ook altijd wel mijn geld gehad van de organisatie, behalve dan de laatste keer. Dat was voor mij ook de reden om niet weer terug te gaan. Ik moest er natuurlijk wel van leven. Ik hoorde van anderen, dat ze zelfs drie tot vier keer niet werden betaald. Vlak voordat in augustus 1989 de raid door de Britse en Nederlandse autoriteiten plaatsvond, begon het bloed weer te kriebelen en zou ik weer terugkeren. Radio 819, zoals Radio 558 op 30 mei was herdoopt, was toen al heel slecht te ontvangen. Ik zou Arie Swets aflossen, maar op de vrijdagavond voor de bewuste raid op zaterdag 19 augustus hoorden we dat er iets aan de hand was. Toen verdween ook de Nederlandstalige service op de Ross Revenge. Ik ben toen niet meer aan boord teruggekeerd.

30 Martin: Was er verschil tussen Radio Monique en Radio 558?
  Wim: Het enige verschil was, dat bij Radio 558 alles live was, maar dat had zo zijn oorzaken. Bij Radio Monique was er wel een format, maar bij Radio 558/819 was het allemaal veel strakker. Het moest wel gezellige radio zijn maar met een professionele uitstraling.
Peter Chicago op Radio Caroline doet verslag van de raid op de Ross Revenge op 19 augustus 1989
31 Martin: Wat ben je daarna gaan doen?
  Wim: "Daarna" is niet helemaal het goede woord. Tijdens mijn periode op Radio Monique werkte ik ook nog bij andere radiostations. Daarna heb ik acht jaar bij Radio Plus in IJmuiden gewerkt. Ik maakte daar ook drie keer de uitzendingen vanaf een schip voor de kust van IJmuiden mee. De leukste was wel de keer dat we samenwerkten met Quality Radio uit Engeland, die 's avonds hun uitzendingen hadden. Ik heb vorig jaar nog voor het project van Ruud Poeze en Bob Noakes gewerkt, dat even als Radio Paradijs in de ether is geweest. Momenteel werk ik in Nederland voor een lokaal station.
32 Martin: Is er nog toekomst voor een station als Radio Paradijs, dat oldies draait?
  Krantenknipsel over Radio 819

Wim: Voor het antwoord op die vraag moet een ding vooraf duidelijk zijn. Er is een verschil tussen "jammin' oldies", up tempo songs, en oldies. De stations die normale oldies brengen, draaien steeds maar weer dezelfde overbekende platen. Wij draaiden de minder bekende platen en bovendien geen balades. Als je weet hoeveel mailtjes we binnen kregen, waaruit de behoefte voor een dergelijk station bleek, is er zondermeer een toekomst voor een degelijk station. Vooral de luistergroep tussen de dertig en vijfenzestig jaar hoort eindelijk de muziek die ze elders niet horen.

33 Martin: Afsluitend, weet je nog een leuke anekdote uit de tijd dat je aan boord van de Ross Revenge zat?
  Wim: Kleine dingen die je laten beseffen dat je aan boord van een zendschip zit. Ik zat een keer aan boord op een stoel met wieltjes naar de televisie te kijken. Natuurlijk zot om aan boord van een schip een dergelijke stoel te hebben. In één keer ging ik van stuurboord naar bakboord, zonder dat het wild was op zee. Dat staat me als komische herinnering direct bij. Ik heb natuurlijk wel meer dingen meegemaakt, maar die zijn zo persoonlijk dat ik ze niet vertel omdat ik dan de betrokkenen zou beschamen.
   
Previous
  Op de geluidsfragmenten bij dit artikel rusten copyrights. Ze worden hier gebruikt volgens de regels van "fair use" en "academic quoting".
  2001 © Soundscapes